U bent hier
Axel Ronse en Maaike De Vreese leggen basis voor West-Vlaamse relance
Eerder dit jaar gingen Axel Ronse en Maaike De Vreese, beide Vlaams Volksvertegenwoordigers, van start met 100 bedrijfsbezoeken in de provincie. Dit doen ze n.a.v. de coronacrisis. In het werkveld gaan ze in gesprek met zaakvoerders om te kijken wat zij nodig hebben om doorheen de crisis te komen. Intussen hebben ze al 37 bezoeken achter de rug en stellen ze drie krijtlijnen voor die de West-Vlaamse economie er moeten op vooruit helpen.
Vlaams volksvertegenwoordigers Maaike De Vreese en Axel Ronse hebben in hun Ronde van West-Vlaanderen reeds 1/3de van hun 100 bedrijfsbezoeken achter de rug. Naar aanleiding daarvan maken ze drie maatregelen bekend die de West-Vlaamse economie een boost moeten geven. Er moeten sneller en meer private investeringen komen door de doorlooptijd van vergunnings- en beroepsprocedures aan te pakken. Ze willen West-Vlaamse steden en gemeenten stimuleren en ondersteunen om meer publieke investeringen te doen en de haven van Zeebrugge en de West-Vlaamse export laten bloeien door de transmigratieproblematiek aan te pakken en voorbereid te zijn op een harde Brexit. “Corona en de aankomende brexit hebben een grote impact op onze West-Vlaamse bedrijven, we mogen daarom geen tijd verliezen. Met onze voorstellen willen we een versnelling hoger schakelen en ervoor zorgen dat er een vliegwiel komt op de relance van de West-Vlaamse economie”, zeggen De Vreese en Ronse.
Ruimte voor snellere en meer investeringen
De Vreese en Ronse hebben reeds 37 bedrijfsbezoeken achter de rug en bijna iedere keer stelden ze vast dat de lange doorlooptijd van vergunningsprocedures én de carrousel van beroepsprocedures een doorn in het oog zijn van de ondernemers. “De ellenlange doorlooptijden van de dossiers zijn een rem op noodzakelijke investeringen in West-Vlaanderen. We willen dat de vergunningen worden geoptimaliseerd, er minder dossierlast is en de achterstand wordt weggewerkt”, zeggen De Vreese en Ronse. Volgens het laatste jaarverslag van de Dienst van de Bestuursrechtscolleges (2017-2018) zijn er maar liefst 1399 van de 7757 dossiers hangende bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen. Via parlementaire vragen plannen de volksvertegenwoordigers om de recentste cijfers te krijgen en de situatie zo scherp mogelijk in kaart te brengen. De volksvertegenwoordigers roepen ook belangenorganisaties zoals VOKA en UNIZO op om bevragingen te doen bij hun leden om te ontdekken voor hoeveel miljoenen euro’s aan investeringen er momenteel vast zitten. Volgens De Vreese en Ronse moet de werking van de Vlaamse rechtscolleges en de overkoepelende Dienst van de Bestuursrechtscolleges (DBRC) zo optimaal mogelijk werken en onze wetgeving op punt staan. De Vreese en Ronse scharen zich ook volledig achter de beslissing van de Vlaamse regering olv minister-president Jan Jambon om extra rechters aan te werven voor de Raad voor Vergunningsbetwistingen om de doorlooptijd van dossiers in te korten tot maximaal 9 maanden.
Publieke investeringen door steden en gemeenten
Met hun tweede voorstel willen De Vreese en Ronse publieke investeringen door de lokale besturen maximaal stimuleren. “We roepen alle West-Vlaamse burgemeesters op om, net zoals de Vlaamse regering, volop te investeren. Tijdens onze ronde merkten we op dat ondernemers vooral rekenen op ambitieuze projecten van Vlaanderen én onze steden en gemeenten. Aan de West-Vlaamse gemeenten vragen we duidelijk: stel projecten niet uit en zet volop in op nieuwe investeringen, laat evenementen zoveel mogelijk doorgaan en biedt een duidelijk perspectief aan de horeca, de evenementensector en de toeristische sector in de komende herfst- en winterperiode”, vragen De Vreese en Ronse. Ronse haalt de Kortrijkse kandidatuur voor Culturele Hoofdstad van Europa aan als voorbeeld: “Zulke projecten brengen een pak investeringen met zich mee en tonen onze West-Vlaamse durf en ambitie. Daarnaast roepen we ook alle West-Vlaamse politici op alle niveaus om aan hetzelfde zeel te trekken om investeringen en subsidiedossiers voor West-Vlaanderen binnen te halen.”
Transmigratie aanpakken en brexit voorbereiden
Ten slotte willen De Vreese en Ronse de haven van Zeebrugge en de export volop laten bloeien door een antwoord te bieden op de transmigratieproblematiek en een goeie voorbereiding op een harde Brexit. “De transmigratieproblematiek is helaas een oud zeer. Ik heb reeds meermaals initiatieven genomen in het parlement om de transmigratieproblematiek aan te pakken en de strijd aan te gaan tegen de mensensmokkel. We pleiten ervoor om een versnelling hoger te schakelen in de beveiliging van de snelwegparkings en voor een structurele en gecoördineerde aanpak met alle niveaus. Ondertussen werd er, op mijn vraag, beslist om de bewaking door privéfirma’s op onze snelwegparkings te verlengen. Daarnaast ligt mijn wetsvoorstel al een tijdje klaar om de inklimming in vrachtwagens strafbaar te stellen”, zegt De Vreese. “We mogen niet vergeten dat de economische schade door transmigranten enorm is voor onze bedrijven. Vorig jaar gaf 35 % van de bedrijven in Zeebrugge aan dat ze schade hadden tussen de 100 000 en meer dan 3 miljoen euro. In tijden van corona en brexit moeten we hier kordater mee omgaan”, zegt Ronse.
“Daarnaast moeten we voorbereid zijn op het scenario van een harde brexit. We moeten vermijden dat we ellenlange files krijgen van Zeebrugge tot Kortrijk, want stilstaande vrachtwagens op de autosnelweg zijn een gemakkelijk doelwit voor transmigranten. We moeten ervoor zorgen dat we voorbereid zijn op elk brexit-scenario en onze bedrijven blijven informeren en sensibiliseren van nieuwe douaneformaliteiten, o.a. door de initiatieven van de FIT brexit helpdesk, en de ‘sense of urgency’ te verhogen”, zeggen De Vreese en Ronse. In het scenario van een harde brexit zal er naar schatting in Vlaanderen een verlies zijn van 2,6 bbp en 28 000 jobs. West-Vlaanderen zou het meest in de klappen delen en een exportverlies lijden van 0,5 % en 11 000 jobs, waarvan 5 000 in de haven van Zeebrugge. “Daarnaast merken we dat kleinere bedrijven nog te weinig kennis hebben van de douaneverplichtingen. Dat kan op korte termijn onze reputatie als transitland schaden. Onze bedrijven moeten ‘mee zijn’ om lange brexitfiles te vermijden, anders dreigt het gevaar dat bedrijven hun exportlijnen verleggen naar de buurlanden. Ten slotte moeten we ervoor zorgen dat de middelen uit het Europees brexitfonds naar de meest getroffen gebieden in Vlaanderen komen én dat dus het overgrote deel naar West-Vlaanderen gaat”, zeggen De Vreese en Ronse.
“Met deze drie werven gaan we in het parlement aan de slag en zetten we onze Ronde van West-Vlaanderen verder. Onze West-Vlaamse bedrijven zijn cruciaal voor de economie en de werkgelegenheid in onze provincie. Met onze werkbezoeken willen we hen een hart onder de riem steken en kijken hoe we een vliegwiel kunnen zetten op de relance van onze West-Vlaamse economie. Kortom, met onze 100 bezoeken gaan we voor de volle 100 % voor economische welvaart in West-Vlaanderen”, besluiten De Vreese en Ronse.